Onze visie en handelen bij jong tot oud is gebaseerd op het gedachtegoed van Reuven Feuerstein.
- Iedereen kan leren
- Iedereen kan zich ontwikkelen
Onderstaand verhaal kenmerkt onze visie op de zorg van kinderen.
Toen ik een jaar of zes was, zag ik op een keer een prachtige plaat in een boek over het Oerwoud, dat “Ware Verhalen” heette. Het stelde een boa constrictor voor, die een wild dier aan het verslinden was . Zó zag die plaat er uit:
In het boek stond: “De boa constrictor slikt zijn prooi in haar geheel in, zonder te kauwen. Daarna kan hij zich niet meer verroeren en verteert al slapende, zes maanden lang.
Ik heb toen veel nagedacht over avonturen in de rimboe en ik slaagde erin zelf met een kleurpotlood mijn eerste tekening te maken. Tekening nummer 1. Die was zó:
Ik liet mijn meesterwerk aan de grote mensen zien en vroeg hun of ze er bang voor waren. Zij antwoordden: “Wie zou er nu bang zijn voor een hoed?” Mijn tekening stelde geen hoed voor maar een boa constrictor, die bezig is een olifant te verteren. Toen heb ik het binnenste van de boa getekend, zodat de grote mensen het zouden begrijpen. Die moeten altijd bij alles uitleg hebben. Mijn tekening nummer 2 was zó:
Toen hebben de grote mensen me aangeraden, mij niet meer met tekeningen van open of dichte boas te bemoeien, maar liever aan aardrijkskunde, geschiedenis, rekenen en taal te doen. Zo kwam het, dat ik op zesjarige leeftijd een schitterende schildersloopbaan liet varen. Ik voelde me ontmoedigd, door de mislukking van mijn tekening nummer 1 en mijn tekening nummer 2. Grote mensen begrijpen nooit iets uit zichzelf en voor kinderen is het vervelend hen altijd weer alles uit te moeten leggen.
Ik moest een ander vak kiezen en leerde vliegtuigen besturen' Ik heb zowat overal gevlogen. En aardrijkskunde kwam mij inderdaad heel goed van pas. Met één oogopslag kon ik China van Arizona onderscheiden. Dat is erg makkelijk als je 's nachts verdwaald bent.
Op die manier kwam ik in het leven met massa's gewichtige mensen in aanraking. Ik leefde lang tussen de grote mensen en leerde ze van héél dichtbij kennen. Niet dat ik hen daarom hoger aansla. Als ik er een ontmoette, die wel een scherpzinnige indruk maakte, nam ik de proef met mijn tekening no. 1, die ik altijd bewaard heb. Ik wilde weten, of hij werkelijk begrip had. Maar het antwoord was altijd: “ ’t is een hoed.” Dan sprak ik maar niet meer over boa constrictors of oerwouden of over de sterren. Ik richtte me naar hem en sprak over bridge, golf, politiek en dassen. En het grote mens vond het plezierig om kennis te maken met zo'n verstandig man.
Antoine de Saint – Exupéry
Le Petit prince
Neducion houdt zich in alle gevallen aan de wettelijke voorschriften die gelden ter bescherming van persoonsgegevens (AVG). Klik hier voor onze Privacy Policy